Johanna Lambertha Schrijver (1883-1947)
Johanna Lambertha Schrijver (1883-1947)
Johanna Lambertha Schrijver (1883-1947)

(6). Johanna Lambertha Schrijver (1883-1947)

Johanna wordt op 20 november 1883 geboren op boerderij ’t Holtrust aan de Katersteeg in Dieze. Ze is pas drie jaar als haar vader sterft, en heeft dus waarschijnlijk geen herinneringen aan hem. Ze wordt opgevoed door haar moeder en haar stiefvader, die een achterneef is van haar biologische vader.

De Kiefte
Johanna is bijna 27 jaar als ze in 1910 trouwt met Cornelis (Knelis) Hendrikus van de Vegte. Hij is twee jaar jonger dan Johanna en komt uit Genne Overwaters (bij Hasselt). Samen nemen ze boerderij ’t Holtrust van Johanna’s ouders over. Cornelis trouwt dus bij haar in. Johanna’s moeder en stiefvader blijven tot hun dood ook op ’t Holtrust wonen. 

Cornelis kan heel goed schaatsen en staat bekend als ‘De Kiefte’ (kieviet), vanwege zijn korte venijnige slagen (op houtjes). Tijdens de Eerste Wereldoorlog moet hij in dienst. Uit die tijd is een schattige kaart bewaard gebleven, die Johanna hem stuurt uit naam van hun twee peuters, Frans en Grada. 

Cornelis met Grada aan de hand, Johanna met baby Anny en Frans (1914). Op ‘t Holtrust.

Johanna en Cornelis krijgen acht kinderen, vier jongens en vier meisjes. Eén jongetje overlijdt als driejarige kleuter. Vier dagen na zijn dood schenkt Johanna het leven aan een meisje. Binnen een paar dagen wisselen verdriet en blijdschap elkaar af. Hoe is dat als ouders voor Johanna en Cornelis geweest? 
Ik stam af van hun tweede kind en oudste dochter, Gerharda Lamberta (Grada). Grada is mijn oma.

Tip: Door op een foto te klikken, kunt u deze op schermgrootte bekijken.

Kleinkinderen
Diny (1939) en Annie (1940, mijn moeder) zijn de eerste kleinkinderen van Johanna en Cornelis. Ze herinneren zich geweldige logeerpartijen bij hun opa en oma. Ze worden er flink verwend door hun tantes, die dan nog thuis wonen. Met Sinterklaas mogen ze er hun klomp zetten. Ook als ze jarig zijn, worden ze door opoe en opa verrast met cadeautjes. Wanneer er later meer kleinkinderen komen en opoe en opa ouder worden, gebeurt dit niet meer. Het heeft zo zijn voordelen om het oudste kleinkind te zijn.
Tijdens de Tweede Wereldoorlog verstopt de jongste zoon van Johanna en Cornelis zich voor de Duitsers tussen de tabaksplanten op ’t Holtrust. Annie herinnert zich dat haar oom daar op een oude wollen deken ligt als zij hem eten brengt.

Het gezin van Johanna en Cornelis in 1939 tijdens het kloosterjubileum van Johanna’s zus (zittend helemaal rechts) in Groningen. 
Staand vlnr: Mies, Willem Beltman (echtgenoot van Grada), Wim, Heeroom, Jo, Frans. Zittend vlnr: Grada met baby Diny, Cornelis, kloosterzuster Annie, Johanna en Johanna’s zus (non).
Leuke anekdote: Frans is op die dag narrig. Omdat hij nog niet getrouwd is, mag zijn verloofde niet mee naar het feest. Zo gaat dat in die tijd. 

Wat blijft is de herinnering
Johanna overlijdt in 1947 op 64-jarige leeftijd. 
Haar kleindochter Annie is dan net zeven geworden. Ze heeft voor haar eerste Heilige Communie een nieuw beige manteltje gekregen met een hoedje en tas van dezelfde stof. Die zijn gemaakt van een oude jas van haar tante. De jas is binnenstebuiten gekeerd, op maat gemaakt en lijkt daardoor weer als nieuw. 
Bij haar vader achterop de fiets gaat Annie van Herfte naar ’t Holtrust in Dieze om haar opoe en opa trots haar nieuwe jasje te laten zien. Als ze aankomen, is opoe Johanna net overleden. Ze ligt in haar bedstee met een doek om haar hoofd, die onder haar kin langs boven op haar hoofd is dichtgeknoopt zodat haar mond niet openvalt. Het maakt veel indruk op het zevenjarige meisje. 
“Sommige dingen vergeet je nooit,” vertelt de nu 82-jarige Annie.

Als oudste kleinkinderen mogen Diny en Annie mee naar de begrafenis van hun opoe Johanna. Annie vertelt: “We hadden een fijne dag. We kregen een krentenbol!” Ook die traktatie maakte dus veel indruk.  


Van Dieze naar Marknesse
Na Johanna’s dood neemt haar jongste zoon Wim boerderij ’t Holtrust over. Zijn vader Cornelis blijft bij hem wonen. Rond 1962 moet boerderij ’t Holtrust wijken voor de stadsuitbreiding van Zwolle (Holtenbroek). Cornelis verhuist met Wim en zijn gezin naar een boerderij in Marknesse in de Noordoostpolder. Op latere leeftijd keert hij terug naar Dieze (Zwolle) en woont hij in bij het gezin van zijn jongste dochter, Johanna Damman-van de Vegte. Als hoogbejaarde man verhuist hij uiteindelijk naar het bejaardentehuis ‘De Nieuwe Haven’ in Zwolle.
Op de plek van de vroegere boerderij ‘t Holtrust staat nu een gelijknamig huis met dezelfde naam van Frion, een zorginstelling voor mensen met een verstandelijke beperking (Schubertstraat, Zwolle).

Cornelis wordt stokoud. Hij is al 30 jaar weduwnaar als er in 1977 op 92-jarige leeftijd een einde aan zijn leven komt. 
Ik ben dan 12 jaar. Cornelis is mijn overgrootopa. Ik kan me niet herinneren dat ik hem ooit heb ontmoet. Tot ik aan dit familieonderzoek begon, wist ik niet eens dat ik een nog levende overgrootvader heb gehad! Dat vind ik jammer. Ik had hem graag gekend, alhoewel het voor de Kiefte zelf misschien geen doen was om contact met al zijn achterkleinkinderen te onderhouden. Want hij had er héél veel. 

(Wordt vervolgd)

Vragen:
– Heeft u een foto van boerderij ’t Holtrust en zou ik die op deze website mogen plaatsen? U maakt mij er heel blij mee. U kunt hier contact met me opnemen.
– Kent u nog verhalen over Johanna en Cornelis, en wilt u die wel met mij delen?
– Weet u waaraan Johanna op 64-jarige leeftijd is overleden? Op de foto van haar bidprentje ziet ze er sterk vermagerd uit in vergelijking met eerdere foto’s van haar.

Bronnen:
– Met dank aan M. Braakman-Reuvekamp voor genealogische informatie
– Met dank aan mijn moeder A. Reuvekamp-Beltman, haar zus D. Wolke-Beltman en hun neef H. Damman voor de familieverhalen en de foto’s

0 reacties

Een reactie versturen

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *